Logo 'Ons Duurzaam Weert'.

Biodiversiteitskaart Omgeving kazerne bungalowpark

Kaart gemeente Weert met aangegeven deelgebied. Bekijk deze foto groter.

Kaart gemeente Weert met aangegeven deelgebied.

Gebiedskenmerken

  • Oppervlakte: 126,69 ha
  • Functie: recreatie
  • Bodem: zand

Het Landschap

Het landschap in dit gebied bestond in begin 1900 voornamelijk uit bossen met heide. In 1938 heeft zich in dit gebied een kazerne van de landmacht gevestigd. Vanaf 1963 krijgt het gebied langzaam vorm als woonwijk. Eerst met enkele woningen en vanaf 1973 is er een groei te zien. Er ontstaat een heuse woonwijk met vrijstaande woningen. Het meest noordelijke deel wordt ook vanaf 1992 bebouwd met woningen.

Restanten van het vroegere bosrijke gebied zijn tegenwoordig nog terug te vinden in de vorm van lanen en bosschages. Tot op de dag van vandaag ontwikkeld het gebied zich. De kazerne heeft geen functie meer voor de landmacht en zal een nieuwe inrichting krijgen. Er vindt daarnaast ook ontwikkeling van nieuwe woningen plaats aan de Diesterbaan. Het betreft de herontwikkeling van een voormalig Mobilisatiecomplex. Hiervan zijn de loodsen gesloopt en ter plaatse van de open plekken worden woningen gebouwd.

Oude bosrelicten

De vegetatie die in het gebied is terug te vinden is verteld veel over de geschiedenis. Waar nu het gebied bestaat uit vrij staande woningen met veelal groene tuinen en lanen vertellen de planten het verhaal. De gevlekte aronskelk, gewone salomonszegel en het lelietje van dalen laten zien dat het gebied voorheen vooral bestond uit bossen op een rijkere grond. Met de vele bomen die in het gebied behouden zijn is het schaduwrijke karakter van het gebied evenals de rijkere grond behouden gebleven.

De bomen zijn van groot belang voor allerlei soorten. Iedere soort vindt zijn eigen plekje. In de oudere bomen kunnen soorten als de groene specht en grote bonte specht hun nestholte uithakken. Het geroffel van de snavel op de boomstammen kan regelmatig gehoord worden. Wie denkt dat de specht hierbij een hersenschudding oploopt heeft het mis! De kop van de specht heeft zich hierop aangepast door het hebben van een sterke maar elastische snavel, poreus bot en een lange tong die doorloopt over de hele schedel. Het tongbeen is elastisch en verdeelt de klappen gelijkmatig over de hele schedel.

De oudere bomen met holten die niet groot genoeg zijn voor de specht worden door andere soorten benut. De boomkruiper is een kleine vogel met een lange kromme snavel die zich in gebieden als deze thuis voelt. Als je goed kijkt op de boomstammen zou je weleens een boomkruiper kunnen zien. Hierbij kruipt hij als een muisje omhoog langs de stam op zoek naar insecten.

Hierbij wordt de vogel nog weleens verward met de boom­klever. Niet alleen het uiterlijk van de soort is anders maar ook de manier van het op de stam bewegen. Waarbij de boomkruiper spiraalsgewijs omhoog gaat en niet naar beneden gaat de boomklever alle kanten op.

De grotere holten in de bomen vormen geschikte nest­gelegenheden voor de bosuil. Het geluid van de bosuil is heel erg bekend. Regelmatig wordt de spookachtige “Hoe-Hoe" roep gebruikt in griezelfilms. Aan het einde van de herfst maak je de grootste kans om hier de roep van de bosuil te horen.

Er valt in deze omgeving een hoop te beleven. Wie geluk heeft kan getrakteerd worden op een mooie acrobatiekshow van de eekhoorn. De eekhoorn springt behendig van tak naar tak tussen verschillende bomen. De zaden van eiken, diverse nootjes en kegels van naaldbomen staan op het menu al slaan ze bladeren ook niet over. Wanneer de bladeren van de bomen zijn en je ziet in de top van een boom een rond nest met bladeren zou dit nog wel eens het nest van een eekhoorn kunnen zijn!

Huizen voor vleermuizen

De vele bomen in het gebied en met name de lanen vormen landschapselementen waarlangs vleermuizen als de gewone dwergvleermuis hun weg vinden. Overdag trekt de gewone dwergvleermuis ze zich terug in woningen waar kieren aanwezig zijn en de spouwmuur nog niet geïsoleerd is. 

Dat de bomen belangrijk zijn voor volgens als nestgelegenheid en als oriëntatie punten voor vleermuizen is duidelijk gebleken. Dat bomen daarnaast ook rustplekken bieden voor vleermuizen is niet altijd bekend. Het familielid van de gewone dwergvleermuis is de ruige dwergvleermuis. De soort is met een speciale detector te onderscheiden van op basis van echolocatie. Waar de familieleden ook in verschillen is de keuze van rustplaats. De ruige dwergvleermuis maakt onder andere gebruik van holten en loshangend schors in en van bomen. De oude bomen in het landschap zijn dan ook van levensbelang!

Bijzondere samenhang tussen plant en dier

De natuur zit vol bijzondere samenhangen! Dit laat de kleine ijsvogelvlinder zien. De kleine ijsvogelvlinder is een zeldzame verschijning die afhankelijk is van één specifieke plant, de wilde kamperfoelie. De wilde kamperfoelie is de zogeheten waardplant van de kleine ijsvogelvlinder. Dit houdt in dat de eitjes van de vlinder worden afgezet op specifiek deze plant. Wanneer de rups is uitgekomen wordt eerst de eischaal opgegeten en vervolgens eet hij zich vol aan het verse blad van de wilde kamperfoelie.

De helmkruidvlinder is een nachtvlinder die ook hier in het gebied is waargenomen. De helmkruidvlinder maakt ook gebruik van een specifieke plant als waardplant. Het gaat om de helmkruid waarvan het knopig helmkruid hier groeit op de schaduwrijkere plekken.

De grote narcisvlieg is een soort die veel lijkt op een hommel. De naam verklapt het al, de soort is afhankelijk van de narcis. Het vrouwtjes van de grote narcisvlieg legt haar eitjes aan de voet van de plant. Wanneer de eitjes uitkomen kruipen de larven naar de bol van de narcis. Vervolgens wordt de bol vanuit binnen opgegeten door de larve.

216 Waargenomen soorten

(zoals bekend in Nationale Databank Flora en Fauna)

Bosuil (foto V. Jeronimus). Eekhoorn (foto V. Jeronimus). Gewonedwergvleermuis (foto Istock). Kamperfoelie (foto E. Witter). Kleine Ijsvogelvlinder (foto E. Witter). Kleine Ijsvogelvlinder (foto V. Jeronimus). Overzichtgebied (foto Google Streetview).

(Klik op een afbeelding om deze groter te bekijken)

Vogels (45) waargenomen

  • Appelvink
  • Bonte vliegenvanger
  • Boomklever
  • Boomkruiper
  • Bosuil

Vleermuizen (1 waargenomen)

  • Gewone dwergvleermuis

Zoogdieren (6 waargenomen)

  • Bever
  • Eekhoorn
  • Egel
  • Konijn

Reptielen, Amfibieën & Vissen (3 waargenomen)

  • Alpenwatersalamander
  • Bruine kikker
  • Groene kikker

Dagvlinders (18 waargenomen)

  • Atalanta
  • Bont zandoogje
  • Boomblauwtje
  • Bruin zandoogje
    Citroenvlinder

Libellen (7 waargenomen)

  • Azuurwaterjuffer
  • Blauwe glazenmaker
  • Bruine korenbout
  • Bruine winterjuffer

Overige ongewervelden (53 waargenomen)

  • Bladpootwants
  • Bosrandroofvlieg
  • Doodskopzweefvlieg
  • Eikenstuitergalwesp
  • Grote groene sabelsprinkhaan

Vaatplanten (73 waargenomen)

  • Bleeksporig bosviooltje
  • Brede wespenorchis
  • Gewone esdoorn
  • Gevlekte aronskelk

Overige (10 waargenomen)

  • Berkenzwam
  • Groot dooiermos
  • Groot laddermos
  • Narcisridderzwam
  • Parapluutjesmos

  • Oude bomen leveren een grote bijdrage aan de biodiversiteit. Alleen kunnen ze ook een gevaar vormen binnen de bewoonde omgeving door omvallingsgevaar. Door het verwijderen van oude bomen wordt het gevaar wegenomen maar ook een bron van biodiversiteit.
  • Het afsluiten van tuinen en andere gebieden zoals de kazerne vormen blokkades voor grondgebonden soorten. Hierbij worden soorten gedwongen gevaarlijke wegen te doorkruizen. Daarnaast blijft er ook een potentieel habitat onbenut.
  • Tuinen worden veelal nauw onderhouden waardoor gazons strak zijn en rommelhoekjes verdwenen. Bloeiende planten krijgen de kans niet om groeien waardoor er minder foerageergebied overblijft voor nectarafhankelijke soorten. Daarnaast worden er regelmatig uitheemse soorten geplant waarvan sommige soorten mogelijk inheemse soorten kunnen verdringen. 

  • In dit gebied liggen kansen voor het biodivers inrichten van tuinen. Door het laten groeien van nectarplanten en het laten staan van rommelhoekjes wordt de biodiversiteit versterkt en vergroot.
  • Het gebied is in ontwikkeling en op de planning staat het opnieuw inrichting geven aan de kazerne en het bouwen van een nieuwe woonwijk. Door hierbij rekening te houden met het huidige groen en het creëren van nestgelegen kan er een boost gegeven worden aan de biodiversiteit. Denk hierbij aan het plaatsen van egelkasten, eekhoornkasten, vleermuiskasten en nestkasten voor half-holenbroeders.
  • Bij een nieuwe inrichting is het van belang om klimaat­bewust (duurzame materialen) te bouwen en kansen te verzilveren om water meer in het zicht te brengen. Dit versterkt de biodiversiteit, beperkt de hittestress.

De “Weerter-soort” van het gebied is de kleine ijsvogelvlinder. Deze soort is gekozen als vertegenwoordiger omdat dit deelgebied het optimale leefgebied vormt. Net als alle anders soorten heeft de kleine ijsvogelvlinder behoefte aan voedsel, voorplantingsplekken, veilige plekken om te rusten, vocht en verbindingen tussen de verschillende delen van het leefgebied. Als het goed gaat met de ambassadeur kunnen veel andere soorten meeliften op zijn succes.

  • Voedsel: de kleine ijsvogelvlinder voedt zich met mest of rottend fruit. De kleine ijsvogelvlinder zou profiteren van de aanleg van een natuurlijke composthoop in het bungalowpark. Laatbloeiende braamstruiken in de bosranden laten staan levert ook voedsel voor deze vlinder.
  • Voortplanting: elke vlindersoort plantensoort(en) waar de rupsen op leven (de waardplant). De waardplanten voor de kleine ijsvogelvlinder is wilde kamperfoelie. Creëer gevarieerde bosranden, met struiklagen en met halfopen plekken waar deze planten kunnen groeien.
  • Veiligheid: veel rupsen overleven niet door het gebruik van bestrijdingsmiddelen. Gebruik geen bestrijdingsmiddelen. Creëer in het park wat plekken waar insecten hun gang mogen gaan.

De soorten die voor hun nestlocaties helemaal afhankelijk zijn van plekken onder de dakpannen of in spouwmuren verdienen onze aandacht. Ze zijn extra kwetsbaar op het moment dat we huizen renoveren of slopen. Een manier om deze soorten actief te beschermen is een Soortenmanagementplan (SMP). In dit deelgebied de volgende soorten relevant, om middels gebiedsgerichte maatregelen te beschermen:

  • Huismus, geschikt: ja
  • Gierzwaluw, geschikt: ja
  • Dwergvleermuis, geschikt: ja
  • Laatvlieger, geschikt: ja

Ben je benieuwd wat er op dit moment aan soorten wordt gezien?

Neem eens een kijkje op www.waarneming.nl. Hier vullen vrijwilligers hun waargenomen soorten in. Steeds meer mensen voeren in wat ze hebben gezien. Op die manier leren we welke soorten voor kunnen komen. Deze kennis vormt een basis voor bescherming van de biodiversiteit. Wil je zelf een bijdrage leveren of soorten leren kennen? Dan is er een app voor op je telefoon die aan de hand van foto's kan herkennen welke soort je hebt gezien. Kijk op obsidentify app).

Logo van Econsultancy.

Cookiemelding Deze site gebruikt cookies. Info / uitzetten Deze site gebruikt cookies. Info / uitzetten