Biodiversiteitskaart Boshoven-Vrakker bebouwde kom
Gebiedskenmerken
- Oppervlakte: 41,2 ha
- Functie: bewoning
- Bodem: antropogeen
- Overige: woonwijk
Het Landschap
Boshoven is een uitgestrekte woonwijk gelegen in het noordwes-ten van de gemeente Weert. Naast het agrarische buitengebied zijn er enkele buurten in dit gebied gelegen. De buurt Vrakker is één hiervan. Vrakker is begin jaren 80 ontwikkeld en is gelegen te midden van het stedelijk gebied van Weert. Voor 1980 maakte deze wijk dus nog onderdeel uit van het agrarisch buitengebied. In Vrakker is vandaag de dag een vrij directe overgang tussen het agrarisch- en het stedelijk gebied aanwezig.
Er is relatief veel ruimte voor groen in deze wijk. Het openbaar groen bestaat in deze wijk vooral uit gazon en heesters. Er zijn veel bomen langs en soms op de wegen. De tuinen zijn veelal groen ingericht, hoewel er ook veel verharding aanwezig is. In de wijk zijn weinig waterelementen aanwezig. In de buitenste rijen woningen bevinden zich relatief veel grotere tuinen.
Ten noorden en ten westen van Boshoven-Vrakker bevindt zich het agrarische buitengebied van Weert. Daarnaast grenst de wijk ten noordoosten aan de Eindhovenseweg.
Groen en grijs…
Boshoven-Vrakker wordt gekenmerkt door rijtjes- en twee-onder-een-kapwoningen met korte voortuinen. In de wijken is openbaar groen voornamelijk te vinden in de vorm van gazons, korte heesters en veel bomen. Zowel voorbeelden van groene tuinen als volledig verharde voortuinen zijn in de wijk te vinden. Hoewel er weinig informatie over waargenomen soorten is, zijn in Boshoven-Vrakker verschillende verrassingen te vinden op het gebied van biodiversiteit.
Het hebben van openbaar groen is al een stap in de goede richting voor de biodiversiteit in de wijk, maar niet alle soorten bomen en planten hebben een even grote meerwaarde. De ene boom is namelijk de andere niet.
Boshoven-Vrakker is grotendeels ontwikkeld in de jaren 80. Woningen uit deze periode werden slechter geïsoleerd dan wat tegenwoordig de norm is. Met het oog op klimaatverandering is dit nadelig, omdat een slechte isolatie zorgt voor minder zuinige woningen en een verhoogde CO2-uitstoot. Maar, een slechte isolatie heeft ook voordelen: er blijven zo holtes en ruimtes over voor een breed scala aan soorten. Huismussen, gierzwaluwen en vleermuizen leven onder de daken, in kleine nissen of onder de dakgoot. Vleermuizen kunnen via open stootvoegen de spouw in kruipen. Dankzij onderzoek dat door de woningbouwvereniging is uitgevoerd vanwege verduurzaming van woningen weten we dat in de wijk vleermuizen voorkomen. In de Chrysantstraat bijvoorbeeld is in één van de woningen een verblijfplaats van vier gewone dwergvleermuizen en vijf laatvliegers waargenomen.
Naast deze vogels en dieren zijn sommige planten ook goed aangepast op de stedelijke omgeving. Soorten als straatwolfsmelk, liggende vetmuur en muurleeuwenbek hebben hier hun plekje weten te veroveren. Stoeptegels vormen een perfecte groeiplaats voor deze van nature op rotsen aangepaste soorten.
Tijdens een avondwandeling met je hond loop je er ineens één tegen het lijf: de egel. Tussen beplanting is dit stekelige zoogdier op zoek is naar kevers, slakken of regenwormen. Omdat de egel niet genoeg voedsel kan vinden in een enkele tuin zijn groene verbindingen heel belangrijk voor deze soort. De vele schuttingen in de achtertuinen van Boshoven-Vrakker maken het de egel daarom lastig. Hij wordt hierdoor soms gedwongen om wegen over te steken, met alle risico's van dien.
De aanwezigheid van al die huismussen in Boshoven-Vrakker lijkt ook de aandacht van een sperwer te hebben getrokken. Deze soort staat er om bekend om binnen het stedelijk gebied op huismussen te jagen en is meerdere keren waargenomen in de wijk. Zo kan een roofvogel zoals als de sperwer zich in een woonwijk toch verrassend goed weten te handhaven.
Bijzonder soorten
Wanneer je aan een woonwijk denkt zul je niet direct verwachten dat hier zeldzame soorten voorkomen. Toch heeft één rode lijstsoort zich weten te vestigen in deze wijk: de huiskrekel. Deze soort leeft een verborgen bestaan in woningen omdat hij alleen 's nachts actief is. Hoewel deze soort op de rode lijst staat is hij niet altijd even populair onder de bewoners van huizen waarin hij verblijft. Vaak wordt deze soort namelijk als plaag bestreden. Gebruik nooit chemische bestrijdingsmiddelen om insecten te verjagen, in plaats daarvan kun je beter zorgen dat ze geen toegang tot voedsel in het huis hebben.
Een andere verrassing is de kolibrievlinder. De naam zegt het al: deze nachtvlinder kan stil hangen in de lucht wanneer hij met zijn lange roltong nectar uit bloemen opneemt. Hoewel de kolibrievlinder een nachtvlinder is, is hij ook overdag actief. Deze soort wordt gezien in allerlei biotopen, zelfs in tuinen. Maar niet iedere tuin is geschikt voor de kolibrievlinder. Tuinen met veel verharding slaat hij over. De vlinder zoekt juist tuinen met veel bloemrijke planten, waar hij zich voedt met de nectar.
Een ode aan de klimop
Kale muren en schuttingen hebben weinig waarde voor lokale biodiversiteit. Met klimop begroeide muren en schuttingen kunnen een wereld van verschil maken. De klimop bloeit in tegenstelling tot veel andere planten namelijk pas in de herfst. In deze periode vormt de klimop daarom een belangrijke bron van nectar voor veel vlindersoorten. Zo werden bijvoorbeeld de atalanta, de dagpauw-oog en het bot zandoogje allemaal waargenomen in Boshoven-Vrakker. Deze soorten zijn vaak geziene gasten rond de met klimop begroeide schuttingen.
Niet alleen vlinders, maar ook andere soortgroepen zoals bijen en zweefvliegen zijn vaak te vinden op de bloeiende klimop. De blinde bij is een voorbeeld van zo'n soort. Deze soort is ondanks zijn naam geen bij maar een zweefvlieg. De blinde bij lijkt echter door zijn zwart-met-geel gestreepte patroon wel op een bij. Uit angst om gestoken te worden blijven andere soorten bij de blinde bij uit de buurt. De blinde bij maakt dus handig gebruik van het uiterlijk van echte bijen. Deze slimme truc wordt mimicry genoemd.
Naast de bloemen is de klimop ook nog om een andere reden van belang voor dieren. In de lente voeden soorten als merels, spreeuwen en houtduiven zich namelijk met de bessen van de klimop. Daarnaast zorgen de bladeren van de klimop voor beschutting. Voor de huismus is het bijvoorbeeld een favoriete plek om zich te verstoppen voor jagers zoals de sperwer. Daarnaast maken merels ook vaak tussen de bladeren van de klimop hun nest zodat ze veilig hun jongen groot kunnen brengen. Zo zie je maar dat een algemene plantensoort zoals de klimop belangrijk kan zijn voor verschillende stadia van de levenscyclus van vele soorten.
197 Waargenomen soorten
(zoals bekend in Nationale Databank Flora en Fauna)
Vogels (28) waargenomen
- Ekster
- Gaai
- Roodborst
- Koolmees
- Merel
Vleermuizen (2 waargenomen)
- Gewone dwergvleermuis
- Laatvlieger
Zoogdieren (1 waargenomen)
- Egel
Reptielen, Amfibieën & Vissen (3 waargenomen)
- Alpenwatersalamander
- Bruine kikker
- Gewone pad
Dagvlinders (8 waargenomen)
- Atalanta
- Bont zandoogje
- Citroenvlinder
- Dagpauwoog
- Hooibeestje
Libellen (0 waargenomen)
Overige ongewervelden (15 waargenomen)
- Blinde bij
- Buxusmot
- Honingbij
- Huiskrekel
- Kolibrievlinder
Vaatplanten (34 waargenomen)
- Muurleeuwenbek
- Liggende vetmuur
- Gewoon varkensgras
- Straatwolfsmelk
- Ringelwikke
Overige (2 waargenomen)
- Plooivlieswaaiertje
- Prachtvlamhoed
- In het openbaar groen in Weert ontbreekt diversiteit. De aanwezige boomspiegels zijn hoofdzakelijk vol geplant met dwergmispel en parkjes bestaan uitsluitend uit gazon en bomen. Andere plantensoorten krijgen zo geen kans.
- Sommige voortuinen bestaan volledig uit verharding en kunstgras. Dit soort tuinen hebben vrijwel geen waarde voor de natuur in de wijk.
- De tuinen zijn vaak afgescheiden door schuttingen. Hierdoor ontbreken groene verbindingen. Doordat soorten zoals de egel in hun zoektocht naar voedsel en soortgenoten worden gedwongen om alternatieve routes te zoeken vallen er veel verkeerslachtoffers.
- Huismussen, gierzwaluwen en vleermuizen zijn in Nederland afhankelijk van de aanwezigheid van verblijfplaatsen in bebouwing. In de nieuwbouwwijken in Boshoven-Vrakker zijn niet voldoende verblijfplaatsen aanwezig door de verbeterde isolatie in deze woningen. Daarnaast wordt bij veel oudere woningen de spouw opgevuld om de isolatie te verbeteren. Dit proces kost veel vleermuizen het leven, omdat ze dan nog in de spouw zitten.
- De biodiversiteit kan worden vergroot door de natuur meer ruimte te bieden in het openbaar groen. Om dit te realiseren kunnen in parken en boomspiegels zaadmengsels met inheemse kruidachtige plantsoorten worden ingezaaid. Daarnaast kunnen insectenhotels zorgen voor een extra stimulans voor de lokale bijen- en insectensoorten.
- Het is ook van belang om meer groen en waterpartijen te creëren in de tuinen. De tegels dienen plaats te maken voor inheemse plantensoorten of een natuurlijke poel. Wanneer besdragende en bloemrijke struiken worden geplant zullen veel soorten hier hun voedsel en schuilplaats kunnen vinden. Een natuurlijke poel biedt kansen voor soorten als de Alpenwatersalamander.
- Door schuttingen te doorbreken of kleine openingen aan te leggen kunnen groene verbindingen worden gecreëerd.
- In nieuwbouwwijken kunnen verblijfplaatsen voor vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen worden gecreëerd door het plaatsen van nest- en vleermuiskasten.
De “Weerter-soort” van het gebied is de atalanta. Deze soort is gekozen als vertegenwoordiger omdat dit deelgebied het optimale leefgebied vormt. Net als alle anders soorten heeft de atalanta behoefte aan voedsel, voorplantingsplekken, veilige plekken om te rusten, vocht en verbindingen tussen de verschillende delen van het leefgebied. Als het goed gaat met de ambassadeur kunnen veel andere soorten meeliften op zijn succes.
- Voedsel: de atalanta heeft bloemen nodig om nectar te drinken als voedsel. Voor in de tuin, balkon of op het terras adviseert de vlinderstichting: winterheide, distels, vlinderstruik, judaspenning, lavendel, koninginnenkruid, hemelsleutel en klimop.
- Voortplanting: elke vlindersoort kent plantensoort(en) waar de rupsen op leven (de waardplant). De waardplanten voor de atalanta zijn brandnetels. Laat in een donker hoekje van de tuin wat snoeiafval liggen, woel de grond wat om en de brandnetel zal vanzelf verschijnen. Dun de brandnetels pas uit na de metamorfose van rups tot vlinder.
- Veiligheid: veel rupsen overleven niet door het gebruik van bestrijdingsmiddelen. Gebruik geen bestrijdingsmiddelen en ga ongewenste soorten tegen op natuurlijke wijze, met de hand. Laat in de tuin een zonnig hoekje over waar insecten hun gang mogen gaan.
De soorten die voor hun nestlocaties helemaal afhankelijk zijn van plekken onder de dakpannen of in spouwmuren verdienen onze aandacht. Ze zijn extra kwetsbaar op het moment dat we huizen renoveren of slopen. Een manier om deze soorten actief te beschermen is een Soortenmanagementplan (SMP). In dit deelgebied de volgende soorten relevant, om middels gebiedsgerichte maatregelen te beschermen:
- Huismus
- Gierzwaluw
- Dwergvleermuis
- Laatvlieger
Ben je benieuwd wat er op dit moment aan soorten wordt gezien?
Neem eens een kijkje op www.waarneming.nl. Hier vullen vrijwilligers hun waargenomen soorten in. Steeds meer mensen voeren in wat ze hebben gezien. Op die manier leren we welke soorten voor kunnen komen. Deze kennis vormt een basis voor bescherming van de biodiversiteit. Wil je zelf een bijdrage leveren of soorten leren kennen? Dan is er een app voor op je telefoon die aan de hand van foto's kan herkennen welke soort je hebt gezien. Kijk op obsidentify app).